Met een dubbel gevoel loop ik die vrijdagmiddag het pad op richting de voordeur van het hospice. Verdrietig om wat er komen gaat, maar tegelijkertijd ontzettend dankbaar dat we hier terecht kunnen.
Centimeters sneeuw hebben de prachtige tuin van het hospice en het pad vanochtend veranderd in een winters sprookje. Mijn moeder Toos is zojuist vanuit het ziekenhuis met de ambulance gearriveerd. In slechts 3 weken is onze wereld totaal veranderd. Van een zorgeloos, warm en hecht gezin, naar de wetenschap dat we de spil van onze familie heel spoedig zullen moeten missen. Het besef is er nog niet helemaal. We leven in het moment en zien mam snel achteruit gaan. Ongeloof en berusting in haar lot wisselen elkaar af in rap tempo.
Blij dat mijn moeder hier mag zijn
Eenmaal binnen word ik vriendelijk opgevangen door één van de vrijwilligers. Ik kijk mijn ogen uit. Wat een warmte voel ik meteen als ik binnenkom. De inrichting is huiselijk, met voldoende ruimte voor privacy. “Je moeder heeft de kamer helemaal aan het einde van de gang,” wordt mij verteld. Onder de indruk van alles wat ik zie loop ik door het nieuwe gedeelte van het gebouw. En inderdaad, in de laatste kamer ligt mijn moeder inmiddels in bed. Het uitzicht op de grote tuin en vijver is prachtig. Mijn moeder lijkt wat beduusd te zijn van wat er is gebeurd, maar er verschijnt een lach op haar gezicht als ik binnenkom. Mijn vader zit aan de tafel en probeert de situatie te bevatten. De vrijwilliger blijkt een dorpsgenoot van mijn ouders te zijn, dat schept toch een band. We zijn blij dat mijn moeder hier mag zijn.
Hier hebben ze zorg en liefde voor mijn moeder én voor ons
We worden verder wegwijs gemaakt door de verpleegkundige. Oké, dit is dus ons stekje voor de komende tijd. Hoelang dat zal zijn, weten we niet. Wat een verschil met het ziekenhuis is dit. Mijn moeder was denk ik wel de liefste patiënt in het ziekenhuis; ze was alle verpleegkundigen ontzettend dankbaar voor alles wat ze voor haar deden. Maar hoe ze hier in het hospice behandeld wordt, stijgt daar nog ver bovenuit. Hier hebben ze zorg en liefde voor mijn moeder, maar bekommeren ze zich ook over mijn vader en mij. Ze maken een praatje, laten ons het verhaal keer op keer doen, vragen wat we nodig hebben en geven ons genoeg privacy om met ons gezin de laatste dagen van mam door te brengen. We worden verwend met het lekkerste kopje preisoep op het moment dat we dit zó ontzettend goed konden gebruiken.
Ze was geen patiënt, maar gewoon mijn moeder
Mijn moeder ging vanaf dat moment zienderogen achteruit. Ze werd steeds zwakker en had meer zorg nodig. Ik heb het als enorm fijn ervaren dat ik mee mocht helpen met de verzorging. En ik zag dat mijn moeder het ook fijn vond. Dat het slechts 4 dagen zouden zijn dat mijn moeder in het hospice zou verblijven, hadden we nooit voor mogelijk gehouden. Maar deze dagen hadden wij nooit willen missen. Dankzij de lieve zorg van de vrijwilligers en het personeel van het hospice werden deze dagen een periode waar we met heel veel liefde aan terugdenken. Zelfs op het moment van het definitieve afscheid, het moment dat mijn moeder heel rustig haar laatste adem uitblies, werden we ondersteund door lieve handen. Nadat mijn moeder mooi was verzorgd door het uitvaartpersoneel, nam de verpleegkundige op een mooie manier afscheid van haar. Onder een warme deken, met het uitspreken van een prachtig gedicht werd mijn moeder heel respectvol naar de rouwauto gebracht.
Tot op het allerlaatste moment was ze Toos. Echtgenote, moeder, schoonmoeder en oma. Geen patiënt, maar gewoon mijn moeder…
Dankjewel voor alles!